monitoring of the ESF performance framework (Q3672498): Difference between revisions

From EU Knowledge Graph
Jump to navigation Jump to search
(‎Created claim: summary (P836): Die Überwachung des Leistungsrahmens des operationellen Programms „Beschäftigung und Integration“ in Métropole betrifft sowohl die dezentrierte Komponente, die in den Direccte und ihren zwischengeschalteten Stellen durchgeführt wird, als auch den zentralen Teilbereich ½, der von der GD Berufsbildung durchgeführt wird („nationale Projekte“). Der nachfolgende Auftrag deckt jedoch nicht das operationelle Programm für junge Menschen ab, da es keine...)
(‎Changed label, description and/or aliases in nl, and other parts: Adding Dutch translations)
label / nllabel / nl
 
monitoring van het ESF-prestatiekader
Property / summary
 
Het toezicht op het prestatiekader van het operationele programma „Werkgelegenheid en inclusie” in Metropole betreft zowel het gedecentraliseerde onderdeel dat binnen de DIRECCTE’s en hun intermediaire organen wordt uitgevoerd, als het centrale onderdeel dat door DGEFP („nationale projecten”) wordt uitgevoerd. Anderzijds heeft dit latere contract geen betrekking op het operationele programma IEJ, dat geen prestatiekader heeft. De component prestatiemonitoring komt overeen met de monitoring van de zes prestatiekaderindicatoren (hierna „prestatie-indicatoren” genoemd) in het NAP van het ESF. Deze indicatoren zijn bedoeld om door middel van gemeenschappelijke indicatoren, d.w.z. op geharmoniseerde wijze op EU-niveau, verslag uit te brengen over de uitvoering van het ESF door vier daarvan. Het toezicht omvat ook de drie financiële indicatoren van het prestatiekader. Dit CCTP is ook bedoeld als beschrijving van de acties van de houder om DGEFP bij te staan bij het sturen van de prestaties van de ESF-PON en, in voorkomend geval, in zijn rol als coördinerende autoriteit voor het ESF en het YEI voor Frankrijk. _A contrario_, dit CCTP dekt niet alle taken van het toezicht op en het analyseren van de resultaten van de ESF PON en het IEJ OP, dat het voorwerp is van een specifiek volgend contract (volgende markt nr. 1: 2015-11-10). Niettemin moeten de aanpak van de controle op de kwaliteit en betrouwbaarheid van de gegevens en de controle- en stuurinrichtingen zodanig worden opgezet dat de samenhang tussen de verschillende onderdelen van de raamovereenkomst 2014-11-21 waaraan dit contract is gehecht, wordt bevorderd. **_Het 6 prestatiekader outputindicatoren_** Ontworpen door het DGEFP en opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF, geven deze indicatoren informatie over de belangrijkste regelingen die voor elke prioritaire as worden gefinancierd. Zij weerspiegelen een bijzondere politieke wil om een wijziging door te voeren in het kader van een specifieke interventie, met betrekking tot een doelgroep of een doelstelling van overheidsbeleid. Outputindicatoren Doelstelling 2018 Doelstelling 2023 **Ax 1** \- Aantal werkloze deelnemers (CO01) 342 857 600 000. Regio’s in transitie 117 394 205 440. Meest ontwikkelde regio’s 225 463 394 560 \- Aantal jongeren onder de 25 (CO06) 428 572 750 000. Regio’s in transitie 146.743 256 800. Meest ontwikkelde regio’s 281 829 493 200 **Ax 2** \- Aantal ontslagen werknemers voor herindeling 100 000 175 000. Regio’s in transitie 34 240 59 920. Meest ontwikkelde regio’s 65 760 115 080 \- Aantal werknemers 102 857 180 000. Overgangsregio’s 35 218 61 632. Meest ontwikkelde regio’s 67 639 118 368 **Ax 3** \- Aantal werklozen (CO01) 800 000 1 400 000. Regio’s in overgang 273 920 479 360. Meest ontwikkelde regio’s 526 080 920 640 \- Aantal inactieve deelnemers (CO03) 385 714 675 000. Regio’s in transitie 132 069 231 120. De meest ontwikkelde regio’s 253 646 443 880 Het nationale operationele programma van het ESF heeft 6 prestatie-indicatoren, 2 voor elke as (4 gemeenschappelijk en 2 specifiek) waarvoor een contractuele verbintenis met de Europese Commissie is aangegaan. Ze hebben allemaal een streefcijfer van 2023 en een tussentijdse doelstelling in 2018 en hebben alleen betrekking op deelnemers (zie tabel hierboven). De nationale streefcijfers, per regiocategorie, zijn onderverdeeld in regionale streefcijfers en kerndoelen. Deze doelstellingen werden op 18 maart 2015 meegedeeld aan de prefecten en Direccte. Zij moeten de gedelegeerde beheersautoriteiten in staat stellen over doelstellingen te onderhandelen met bemiddelende instanties die op hun grondgebied aanwezig zijn (in totaal iets minder dan 120). Deze doelstellingen moeten als bijlage bij de algemene subsidieovereenkomst van elke bemiddelende instantie worden gevoegd. Tussen DGEFP- en IO-hoofden, ADF en Alliance Villes Emploi in het bijzonder hebben besprekingen plaatsgevonden over doelstellingen en prestatie-indicatoren. **_De financiële indicatoren van het prestatiekader_** Ontworpen door het DGEFP en opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF, vormen het financiële deel van het prestatiekader. Deze indicatoren zijn in dit stadium nog niet vastgesteld. Van 3 (één per niet-TA-as), met streefcijfers in 2018 en 2023, moeten zij ten minste de geplande uitgavendeclaraties omvatten die zijn opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF. Deze indicatoren moeten de gecertificeerde uitgaven verantwoorden en zullen in feite worden losgekoppeld van de 6 outputindicatoren van het prestatiekader. (Dutch)
Property / summary: Het toezicht op het prestatiekader van het operationele programma „Werkgelegenheid en inclusie” in Metropole betreft zowel het gedecentraliseerde onderdeel dat binnen de DIRECCTE’s en hun intermediaire organen wordt uitgevoerd, als het centrale onderdeel dat door DGEFP („nationale projecten”) wordt uitgevoerd. Anderzijds heeft dit latere contract geen betrekking op het operationele programma IEJ, dat geen prestatiekader heeft. De component prestatiemonitoring komt overeen met de monitoring van de zes prestatiekaderindicatoren (hierna „prestatie-indicatoren” genoemd) in het NAP van het ESF. Deze indicatoren zijn bedoeld om door middel van gemeenschappelijke indicatoren, d.w.z. op geharmoniseerde wijze op EU-niveau, verslag uit te brengen over de uitvoering van het ESF door vier daarvan. Het toezicht omvat ook de drie financiële indicatoren van het prestatiekader. Dit CCTP is ook bedoeld als beschrijving van de acties van de houder om DGEFP bij te staan bij het sturen van de prestaties van de ESF-PON en, in voorkomend geval, in zijn rol als coördinerende autoriteit voor het ESF en het YEI voor Frankrijk. _A contrario_, dit CCTP dekt niet alle taken van het toezicht op en het analyseren van de resultaten van de ESF PON en het IEJ OP, dat het voorwerp is van een specifiek volgend contract (volgende markt nr. 1: 2015-11-10). Niettemin moeten de aanpak van de controle op de kwaliteit en betrouwbaarheid van de gegevens en de controle- en stuurinrichtingen zodanig worden opgezet dat de samenhang tussen de verschillende onderdelen van de raamovereenkomst 2014-11-21 waaraan dit contract is gehecht, wordt bevorderd. **_Het 6 prestatiekader outputindicatoren_** Ontworpen door het DGEFP en opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF, geven deze indicatoren informatie over de belangrijkste regelingen die voor elke prioritaire as worden gefinancierd. Zij weerspiegelen een bijzondere politieke wil om een wijziging door te voeren in het kader van een specifieke interventie, met betrekking tot een doelgroep of een doelstelling van overheidsbeleid. Outputindicatoren Doelstelling 2018 Doelstelling 2023 **Ax 1** \- Aantal werkloze deelnemers (CO01) 342 857 600 000. Regio’s in transitie 117 394 205 440. Meest ontwikkelde regio’s 225 463 394 560 \- Aantal jongeren onder de 25 (CO06) 428 572 750 000. Regio’s in transitie 146.743 256 800. Meest ontwikkelde regio’s 281 829 493 200 **Ax 2** \- Aantal ontslagen werknemers voor herindeling 100 000 175 000. Regio’s in transitie 34 240 59 920. Meest ontwikkelde regio’s 65 760 115 080 \- Aantal werknemers 102 857 180 000. Overgangsregio’s 35 218 61 632. Meest ontwikkelde regio’s 67 639 118 368 **Ax 3** \- Aantal werklozen (CO01) 800 000 1 400 000. Regio’s in overgang 273 920 479 360. Meest ontwikkelde regio’s 526 080 920 640 \- Aantal inactieve deelnemers (CO03) 385 714 675 000. Regio’s in transitie 132 069 231 120. De meest ontwikkelde regio’s 253 646 443 880 Het nationale operationele programma van het ESF heeft 6 prestatie-indicatoren, 2 voor elke as (4 gemeenschappelijk en 2 specifiek) waarvoor een contractuele verbintenis met de Europese Commissie is aangegaan. Ze hebben allemaal een streefcijfer van 2023 en een tussentijdse doelstelling in 2018 en hebben alleen betrekking op deelnemers (zie tabel hierboven). De nationale streefcijfers, per regiocategorie, zijn onderverdeeld in regionale streefcijfers en kerndoelen. Deze doelstellingen werden op 18 maart 2015 meegedeeld aan de prefecten en Direccte. Zij moeten de gedelegeerde beheersautoriteiten in staat stellen over doelstellingen te onderhandelen met bemiddelende instanties die op hun grondgebied aanwezig zijn (in totaal iets minder dan 120). Deze doelstellingen moeten als bijlage bij de algemene subsidieovereenkomst van elke bemiddelende instantie worden gevoegd. Tussen DGEFP- en IO-hoofden, ADF en Alliance Villes Emploi in het bijzonder hebben besprekingen plaatsgevonden over doelstellingen en prestatie-indicatoren. **_De financiële indicatoren van het prestatiekader_** Ontworpen door het DGEFP en opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF, vormen het financiële deel van het prestatiekader. Deze indicatoren zijn in dit stadium nog niet vastgesteld. Van 3 (één per niet-TA-as), met streefcijfers in 2018 en 2023, moeten zij ten minste de geplande uitgavendeclaraties omvatten die zijn opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF. Deze indicatoren moeten de gecertificeerde uitgaven verantwoorden en zullen in feite worden losgekoppeld van de 6 outputindicatoren van het prestatiekader. (Dutch) / rank
 
Normal rank
Property / summary: Het toezicht op het prestatiekader van het operationele programma „Werkgelegenheid en inclusie” in Metropole betreft zowel het gedecentraliseerde onderdeel dat binnen de DIRECCTE’s en hun intermediaire organen wordt uitgevoerd, als het centrale onderdeel dat door DGEFP („nationale projecten”) wordt uitgevoerd. Anderzijds heeft dit latere contract geen betrekking op het operationele programma IEJ, dat geen prestatiekader heeft. De component prestatiemonitoring komt overeen met de monitoring van de zes prestatiekaderindicatoren (hierna „prestatie-indicatoren” genoemd) in het NAP van het ESF. Deze indicatoren zijn bedoeld om door middel van gemeenschappelijke indicatoren, d.w.z. op geharmoniseerde wijze op EU-niveau, verslag uit te brengen over de uitvoering van het ESF door vier daarvan. Het toezicht omvat ook de drie financiële indicatoren van het prestatiekader. Dit CCTP is ook bedoeld als beschrijving van de acties van de houder om DGEFP bij te staan bij het sturen van de prestaties van de ESF-PON en, in voorkomend geval, in zijn rol als coördinerende autoriteit voor het ESF en het YEI voor Frankrijk. _A contrario_, dit CCTP dekt niet alle taken van het toezicht op en het analyseren van de resultaten van de ESF PON en het IEJ OP, dat het voorwerp is van een specifiek volgend contract (volgende markt nr. 1: 2015-11-10). Niettemin moeten de aanpak van de controle op de kwaliteit en betrouwbaarheid van de gegevens en de controle- en stuurinrichtingen zodanig worden opgezet dat de samenhang tussen de verschillende onderdelen van de raamovereenkomst 2014-11-21 waaraan dit contract is gehecht, wordt bevorderd. **_Het 6 prestatiekader outputindicatoren_** Ontworpen door het DGEFP en opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF, geven deze indicatoren informatie over de belangrijkste regelingen die voor elke prioritaire as worden gefinancierd. Zij weerspiegelen een bijzondere politieke wil om een wijziging door te voeren in het kader van een specifieke interventie, met betrekking tot een doelgroep of een doelstelling van overheidsbeleid. Outputindicatoren Doelstelling 2018 Doelstelling 2023 **Ax 1** \- Aantal werkloze deelnemers (CO01) 342 857 600 000. Regio’s in transitie 117 394 205 440. Meest ontwikkelde regio’s 225 463 394 560 \- Aantal jongeren onder de 25 (CO06) 428 572 750 000. Regio’s in transitie 146.743 256 800. Meest ontwikkelde regio’s 281 829 493 200 **Ax 2** \- Aantal ontslagen werknemers voor herindeling 100 000 175 000. Regio’s in transitie 34 240 59 920. Meest ontwikkelde regio’s 65 760 115 080 \- Aantal werknemers 102 857 180 000. Overgangsregio’s 35 218 61 632. Meest ontwikkelde regio’s 67 639 118 368 **Ax 3** \- Aantal werklozen (CO01) 800 000 1 400 000. Regio’s in overgang 273 920 479 360. Meest ontwikkelde regio’s 526 080 920 640 \- Aantal inactieve deelnemers (CO03) 385 714 675 000. Regio’s in transitie 132 069 231 120. De meest ontwikkelde regio’s 253 646 443 880 Het nationale operationele programma van het ESF heeft 6 prestatie-indicatoren, 2 voor elke as (4 gemeenschappelijk en 2 specifiek) waarvoor een contractuele verbintenis met de Europese Commissie is aangegaan. Ze hebben allemaal een streefcijfer van 2023 en een tussentijdse doelstelling in 2018 en hebben alleen betrekking op deelnemers (zie tabel hierboven). De nationale streefcijfers, per regiocategorie, zijn onderverdeeld in regionale streefcijfers en kerndoelen. Deze doelstellingen werden op 18 maart 2015 meegedeeld aan de prefecten en Direccte. Zij moeten de gedelegeerde beheersautoriteiten in staat stellen over doelstellingen te onderhandelen met bemiddelende instanties die op hun grondgebied aanwezig zijn (in totaal iets minder dan 120). Deze doelstellingen moeten als bijlage bij de algemene subsidieovereenkomst van elke bemiddelende instantie worden gevoegd. Tussen DGEFP- en IO-hoofden, ADF en Alliance Villes Emploi in het bijzonder hebben besprekingen plaatsgevonden over doelstellingen en prestatie-indicatoren. **_De financiële indicatoren van het prestatiekader_** Ontworpen door het DGEFP en opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF, vormen het financiële deel van het prestatiekader. Deze indicatoren zijn in dit stadium nog niet vastgesteld. Van 3 (één per niet-TA-as), met streefcijfers in 2018 en 2023, moeten zij ten minste de geplande uitgavendeclaraties omvatten die zijn opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF. Deze indicatoren moeten de gecertificeerde uitgaven verantwoorden en zullen in feite worden losgekoppeld van de 6 outputindicatoren van het prestatiekader. (Dutch) / qualifier
 
point in time: 6 December 2021
Timestamp+2021-12-06T00:00:00Z
Timezone+00:00
CalendarGregorian
Precision1 day
Before0
After0

Revision as of 12:13, 6 December 2021

Project Q3672498 in France
Language Label Description Also known as
English
monitoring of the ESF performance framework
Project Q3672498 in France

    Statements

    0 references
    0 references
    250,000.0 Euro
    0 references
    250,000.0 Euro
    0 references
    100.00 percent
    0 references
    1 September 2015
    0 references
    1 September 2018
    0 references
    Délégation générale à l'emploi et à la formation professionnelle
    0 references
    0 references

    48°51'32.00"N, 2°19'12.14"E
    0 references
    Le suivi du cadre de performance du Programme opérationnel « emploi et inclusion » en Métropole concerne tant le volet déconcentré mis en ½uvre au sein des Direccte et de leurs organismes intermédiaires, que le volet central mis en ½uvre par la DGEFP (« projets nationaux »). En revanche, le présent marché subséquent ne couvre pas le programme opérationnel IEJ, dépourvu de cadre de performance. Le volet suivi de performance correspond au suivi des 6 indicateurs du cadre de performance (ci-après « indicateurs de performance ») qui figurent dans le PON FSE. Ces indicateurs visent à rendre compte de la mise en ½uvre du FSE en s’appuyant pour 4 d’entre eux sur des indicateurs communs, c’est-à-dire des indicateurs définis de manière harmonisée à l’échelle de l’UE. Le suivi intègre également les 3 indicateurs financiers du cadre de performance. Ce CCTP vise aussi à décrire les actions du titulaire permettant d’accompagner la DGEFP dans son pilotage de la performance du PON FSE, et, le cas échéant, dans son rôle d’autorité de coordination du FSE et de l’IEJ pour la France. _A contrario_ , ce CCTP ne couvre pas l’ensemble des tâches de suivi et d’analyse des résultats du PON FSE et du PO IEJ, qui fait l’objet d’un marché subséquent spécifique (Marché subséquent n°1 : 2015-11-10). Néanmoins, la démarche de contrôle de la qualité et de la fiabilité des données et les dispositifs de suivi et de pilotage doivent être construits pour favoriser la cohérence entre les différents volets de l’accord-cadre 2014-11-21 auquel est rattaché le présent marché. **_Les 6 indicateurs de réalisation du cadre de performance_** Conçus par la DGEFP et inscrits dans le programme opérationnel national FSE, ces indicateurs fournissent de l’information relative aux principaux dispositifs financés pour chaque axe prioritaire. Ils traduisent une volonté politique particulière de mettre en ½uvre un changement dans le cadre d’une intervention spécifique, en lien avec un public cible ou un objectif de politique publique. Indicateurs de réalisation Cible 2018 Cible 2023 **Axe 1** \- Nombre de participants chômeurs (CO01) 342 857 600 000 . Régions en transition 117 394 205 440 . Régions les plus développées 225 463 394 560 \- Nombre de jeunes de moins de 25 ans (CO06) 428 572 750 000 . Régions en transition 146 743 256 800 . Régions les plus développées 281 829 493 200 **Axe 2** \- Nombre de salariés licenciés, en vue de leur reclassement 100 000 175 000 . Régions en transition 34 240 59 920 . Régions les plus développées 65 760 115 080 \- Nombre de salariés 102 857 180 000 . Régions en transition 35 218 61 632 . Régions les plus développées 67 639 118 368 **Axe 3** \- Nombre de participants chômeurs (CO01) 800 000 1 400 000 . Régions en transition 273 920 479 360 . Régions les plus développées 526 080 920 640 \- Nombre de participants inactifs (CO03) 385 714 675 000 . Régions en transition 132 069 231 120 . Régions les plus développées 253 646 443 880 Le programme opérationnel national FSE compte 6 indicateurs de performance, 2 pour chaque axe (4 communs et 2 spécifiques) qui font l’objet d’un engagement contractuel avec la Commission européenne. Ils sont tous assortis d’une cible à 2023 et d’une cible intermédiaire à 2018 et ne portent que sur les participants (cf. tableau ci-dessus). Les cibles nationales, par catégories de région, ont été déclinées en cibles régionales et en cibles du volet central. Ces cibles ont été notifiées aux préfets et Direccte le 18 mars 2015. Elles doivent permettre aux autorités de gestion déléguée de négocier les cibles avec les organismes intermédiaires présents sur leur territoire (un peu moins de 120 au total). Ces cibles ont vocation à être annexées à la convention de subvention globale de chaque organisme intermédiaire. Des discussions ont lieu depuis plusieurs mois entre la DGEFP et les têtes de réseau des OI, l’ADF et Alliance Villes Emploi notamment, autour des cibles et des indicateurs de performance. **_Les indicateurs financiers du cadre de performance_** Conçus par la DGEFP et inscrits dans le programme opérationnel national FSE, ils constituent le volet financier du cadre de performance. Ces indicateurs ne sont pas encore déterminés à ce stade. Au nombre de 3 (un par axe hors AT), avec des cibles à 2018 et à 2023, ils devront au minimum reprendre les montants prévus de déclaration de dépenses inscrits dans le programme opérationnel national FSE. Ces indicateurs doivent comptabiliser les dépenses certifiées et seront, de fait, déconnectés des 6 indicateurs de réalisation du cadre de performance. (French)
    0 references
    The monitoring of the performance framework of the Operational Programme “Employment and Inclusion” in Metropole concerns both the devolved strand implemented within the Direcctes and their intermediary bodies, and the central strand implemented by DGEFP (“national projects”). On the other hand, this subsequent contract does not cover the IEJ Operational Programme, which lacks a performance framework. The performance monitoring component corresponds to the monitoring of the 6 performance framework indicators (hereinafter “performance indicators”) in the ESF NAP. These indicators aim to report on the implementation of the ESF by 4 of them using common indicators, i.e. indicators defined in a harmonised way at EU level. The monitoring also incorporates the 3 financial indicators of the performance framework. This CCTP is also intended to describe the actions of the holder to assist DGEFP in steering the performance of the ESF PON, and, where appropriate, in its role as coordinating authority for the ESF and the YEI for France. _A contrario_, this CCTP does not cover all the tasks of monitoring and analysing the results of the ESF PON and the IEJ OP, which is the subject of a specific subsequent contract (Subsequent Market No 1: 2015-11-10). Nevertheless, the data quality and reliability control approach and the monitoring and steering arrangements must be constructed to promote consistency between the different parts of the framework agreement 2014-11-21 to which this contract is attached. **_The 6 performance framework output indicators_** Designed by DGEFP and included in the ESF National Operational Programme, these indicators provide information on the main schemes financed for each priority axis. They reflect a particular political will to implement a change as part of a specific intervention, in relation to a target audience or a public policy objective. Output indicators Target 2018 Target 2023 **Ax 1** \- Number of unemployed participants (CO01) 342 857 600 000. Regions in transition 117 394 205 440. Most developed regions 225 463 394 560 \- Number of young people under 25 (CO06) 428 572 750 000. Regions in transition 146,743 256 800. Most developed regions 281 829 493 200 **Ax 2** \- Number of dismissed employees for reclassification 100 000 175 000. Regions in transition 34 240 59 920. Most developed regions 65 760 115 080 \- Number of employees 102 857 180 000. Transition regions 35 218 61 632. Most developed regions 67 639 118 368 **Ax 3** \- Number of unemployed participants (CO01) 800 000 1 400 000. Regions in transition 273 920 479 360. Most developed regions 526 080 920 640 \- Number of inactive participants (CO03) 385 714 675 000. Regions in transition 132 069 231 120. Most developed regions 253 646 443 880 The ESF national operational programme has 6 performance indicators, 2 for each axis (4 common and 2 specific) which are the subject of a contractual commitment with the European Commission. They all have a target of 2023 and an intermediate target in 2018 and relate only to participants (see table above). National targets, by category of region, have been broken down into regional targets and core targets. These targets were notified to the prefects and Direccte on 18 March 2015. They must enable delegated managing authorities to negotiate targets with intermediate bodies present in their territory (a total of just under 120). These targets are intended to be annexed to the global grant agreement of each intermediate body. Discussions have been taking place for several months between DGEFP and IO heads, ADF and Alliance Villes Emploi in particular, around targets and performance indicators. **_The financial indicators of the performance framework_** Designed by DGEFP and included in the ESF national operational programme, they constitute the financial part of the performance framework. These indicators are not yet determined at this stage. Of 3 (one per non-TA axis), with targets in 2018 and 2023, they will have to include at least the planned amounts of declaration of expenditure entered in the ESF national operational programme. These indicators must account for certified expenditure and will, in fact, be disconnected from the 6 performance framework output indicators. (English)
    18 November 2021
    0 references
    Die Überwachung des Leistungsrahmens des operationellen Programms „Beschäftigung und Integration“ in Métropole betrifft sowohl die dezentrierte Komponente, die in den Direccte und ihren zwischengeschalteten Stellen durchgeführt wird, als auch den zentralen Teilbereich ½, der von der GD Berufsbildung durchgeführt wird („nationale Projekte“). Der nachfolgende Auftrag deckt jedoch nicht das operationelle Programm für junge Menschen ab, da es keinen Leistungsrahmen gibt. Die Komponente Leistungsüberwachung entspricht der Überwachung der sechs Indikatoren des Leistungsrahmens (im Folgenden „Leistungsindikatoren“), die im NAP ESF aufgeführt sind. Mit diesen Indikatoren soll über die Umsetzung des ESF berichtet werden, wobei vier von ihnen auf gemeinsamen Indikatoren beruhen, d. h. auf EU-Ebene harmonisierten Indikatoren. Die Überwachung umfasst auch die drei Finanzindikatoren des Leistungsrahmens. Ferner sollen die Maßnahmen des Auftragnehmers beschrieben werden, die es ermöglichen, die DGEFP bei der Steuerung der Leistung des ESFP und gegebenenfalls der Koordinierungsbehörde für den ESF und die Beschäftigungsinitiative für junge Menschen für Frankreich zu begleiten. Im Gegensatz dazu deckt diese CCTP nicht alle Aufgaben der Überwachung und Analyse der Ergebnisse des ESF-NAP und des OP YEI ab, die Gegenstand eines gesonderten anschließenden Auftrags sind (Folgeauftrag Nr. 1: 2015-11-10). Der Ansatz zur Kontrolle der Datenqualität und -verlässlichkeit sowie die Überwachungs- und Steuerungsmechanismen müssen jedoch so konzipiert werden, dass die Kohärenz zwischen den verschiedenen Teilen der Rahmenvereinbarung 2014-11-21, an die sich der vorliegende Auftrag bezieht, gefördert wird. **_Die 6 Outputindikatoren des Leistungsrahmens_** Die von der GD Berufsbildung entworfenen und in das nationale operationelle Programm ESF aufgenommenen Indikatoren liefern Informationen über die wichtigsten für jede Prioritätsachse finanzierten Programme. Sie spiegeln den besonderen politischen Willen wider, einen Wandel im Rahmen einer spezifischen Intervention in Bezug auf ein Zielpublikum oder ein politisches Ziel umzusetzen. Outputindikatoren Ziel 2018 Ziel 2023 **Achse 1** \- Anzahl der arbeitslosen Teilnehmer (CO01) 342 857 600 000. Übergangsregionen 117 394 205 440. Am stärksten entwickelte Regionen 225 463 394 560 \- Anzahl der Jugendlichen unter 25 Jahren (CO06) 428 572 750 000. Übergangsregionen 146 743 256 800. Am stärksten entwickelte Regionen 281 829 493 200 **Achse 2**- Zahl der entlassenen Arbeitnehmer zur Neueinstufung von 100 000 175 000. Übergangsregionen 34 240 59 920. Am stärksten entwickelte Regionen 65 760 115 080 \- Zahl der Lohn- und Gehaltsempfänger 102 857 180 000. Übergangsregionen 35 218 61 632. Am weitesten entwickelte Regionen 67 639 118 368 ** Achse 3* \- Anzahl der arbeitslosen Teilnehmer (CO01) 800 000 1 400 000. Übergangsregionen 273 920 479 360. Am stärksten entwickelte Regionen 526 080 920 640 \- Anzahl der inaktiven Teilnehmer (CO03) 385 714 675 000 Übergangsregionen 132 069 231 120. Am stärksten entwickelte Regionen 253 646 443 880 Das Nationale operationelle ESF-Programm umfasst 6 Leistungsindikatoren, 2 für jede Achse (4 gemeinsame und 2 spezifische), für die eine vertragliche Verpflichtung mit der Europäischen Kommission besteht. Sie sind alle mit einem Ziel von 2023 und einem Zwischenziel bis 2018 versehen und beziehen sich ausschließlich auf die Teilnehmer (siehe Tabelle oben). Die nationalen Ziele, aufgeschlüsselt nach Regionenkategorien, wurden in regionale und zentrale Ziele unterteilt. Diese Ziele wurden den Präfekten und Direccte am 18. März 2015 mitgeteilt. Sie sollen es den beauftragten Verwaltungsbehörden ermöglichen, die Ziele mit den zwischengeschalteten Stellen in ihrem Hoheitsgebiet auszuhandeln (insgesamt knapp 120). Diese Ziele sollen der Globalfinanzhilfevereinbarung jeder zwischengeschalteten Einrichtung beigefügt werden. Seit mehreren Monaten finden Gespräche zwischen der GD Berufsbildung und den Netzleitern der OIs, der ADF und der Alliance Villes Emploi statt, die sich u. a. mit den Zielen und Leistungsindikatoren befassen. **_Finanzindikatoren des Leistungsrahmens_** Die von der GD Berufsbildung konzipierten und in das nationale operationelle Programm ESF aufgenommenen Finanzindikatoren bilden den finanziellen Teil des Leistungsrahmens. Diese Indikatoren sind zum gegenwärtigen Zeitpunkt noch nicht festgelegt. Drei (einer pro Achse ohne AT) mit Zielen für 2018 und 2023 müssen mindestens die im nationalen operationellen Programm ESF veranschlagten Beträge für die Ausgabenerklärung übernehmen. Diese Indikatoren müssen die bescheinigten Ausgaben erfassen und de facto von den sechs Outputindikatoren des Leistungsrahmens getrennt werden. (German)
    1 December 2021
    0 references
    Het toezicht op het prestatiekader van het operationele programma „Werkgelegenheid en inclusie” in Metropole betreft zowel het gedecentraliseerde onderdeel dat binnen de DIRECCTE’s en hun intermediaire organen wordt uitgevoerd, als het centrale onderdeel dat door DGEFP („nationale projecten”) wordt uitgevoerd. Anderzijds heeft dit latere contract geen betrekking op het operationele programma IEJ, dat geen prestatiekader heeft. De component prestatiemonitoring komt overeen met de monitoring van de zes prestatiekaderindicatoren (hierna „prestatie-indicatoren” genoemd) in het NAP van het ESF. Deze indicatoren zijn bedoeld om door middel van gemeenschappelijke indicatoren, d.w.z. op geharmoniseerde wijze op EU-niveau, verslag uit te brengen over de uitvoering van het ESF door vier daarvan. Het toezicht omvat ook de drie financiële indicatoren van het prestatiekader. Dit CCTP is ook bedoeld als beschrijving van de acties van de houder om DGEFP bij te staan bij het sturen van de prestaties van de ESF-PON en, in voorkomend geval, in zijn rol als coördinerende autoriteit voor het ESF en het YEI voor Frankrijk. _A contrario_, dit CCTP dekt niet alle taken van het toezicht op en het analyseren van de resultaten van de ESF PON en het IEJ OP, dat het voorwerp is van een specifiek volgend contract (volgende markt nr. 1: 2015-11-10). Niettemin moeten de aanpak van de controle op de kwaliteit en betrouwbaarheid van de gegevens en de controle- en stuurinrichtingen zodanig worden opgezet dat de samenhang tussen de verschillende onderdelen van de raamovereenkomst 2014-11-21 waaraan dit contract is gehecht, wordt bevorderd. **_Het 6 prestatiekader outputindicatoren_** Ontworpen door het DGEFP en opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF, geven deze indicatoren informatie over de belangrijkste regelingen die voor elke prioritaire as worden gefinancierd. Zij weerspiegelen een bijzondere politieke wil om een wijziging door te voeren in het kader van een specifieke interventie, met betrekking tot een doelgroep of een doelstelling van overheidsbeleid. Outputindicatoren Doelstelling 2018 Doelstelling 2023 **Ax 1** \- Aantal werkloze deelnemers (CO01) 342 857 600 000. Regio’s in transitie 117 394 205 440. Meest ontwikkelde regio’s 225 463 394 560 \- Aantal jongeren onder de 25 (CO06) 428 572 750 000. Regio’s in transitie 146.743 256 800. Meest ontwikkelde regio’s 281 829 493 200 **Ax 2** \- Aantal ontslagen werknemers voor herindeling 100 000 175 000. Regio’s in transitie 34 240 59 920. Meest ontwikkelde regio’s 65 760 115 080 \- Aantal werknemers 102 857 180 000. Overgangsregio’s 35 218 61 632. Meest ontwikkelde regio’s 67 639 118 368 **Ax 3** \- Aantal werklozen (CO01) 800 000 1 400 000. Regio’s in overgang 273 920 479 360. Meest ontwikkelde regio’s 526 080 920 640 \- Aantal inactieve deelnemers (CO03) 385 714 675 000. Regio’s in transitie 132 069 231 120. De meest ontwikkelde regio’s 253 646 443 880 Het nationale operationele programma van het ESF heeft 6 prestatie-indicatoren, 2 voor elke as (4 gemeenschappelijk en 2 specifiek) waarvoor een contractuele verbintenis met de Europese Commissie is aangegaan. Ze hebben allemaal een streefcijfer van 2023 en een tussentijdse doelstelling in 2018 en hebben alleen betrekking op deelnemers (zie tabel hierboven). De nationale streefcijfers, per regiocategorie, zijn onderverdeeld in regionale streefcijfers en kerndoelen. Deze doelstellingen werden op 18 maart 2015 meegedeeld aan de prefecten en Direccte. Zij moeten de gedelegeerde beheersautoriteiten in staat stellen over doelstellingen te onderhandelen met bemiddelende instanties die op hun grondgebied aanwezig zijn (in totaal iets minder dan 120). Deze doelstellingen moeten als bijlage bij de algemene subsidieovereenkomst van elke bemiddelende instantie worden gevoegd. Tussen DGEFP- en IO-hoofden, ADF en Alliance Villes Emploi in het bijzonder hebben besprekingen plaatsgevonden over doelstellingen en prestatie-indicatoren. **_De financiële indicatoren van het prestatiekader_** Ontworpen door het DGEFP en opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF, vormen het financiële deel van het prestatiekader. Deze indicatoren zijn in dit stadium nog niet vastgesteld. Van 3 (één per niet-TA-as), met streefcijfers in 2018 en 2023, moeten zij ten minste de geplande uitgavendeclaraties omvatten die zijn opgenomen in het nationale operationele programma van het ESF. Deze indicatoren moeten de gecertificeerde uitgaven verantwoorden en zullen in feite worden losgekoppeld van de 6 outputindicatoren van het prestatiekader. (Dutch)
    6 December 2021
    0 references

    Identifiers

    201503305
    0 references